maandag 30 november 2009

Brief van een verpleegkundige aan Minister Onkelinx

Onder vind je de nederlandse vertaling van een brief van een verpleegkundige aan Minister Onkelinx over de plannen voor een 'orde' en de premies voor de specialiteiten. We publiceren de tekst hier omdat we vinden dat hij de nagel op de kop slaat.

Goedendag,

Ik ben volkomen gechoqueerd door dit voorstel van Orde van verpleegkundigen alsook door het voorstel om 3 specialiteiten op 9 op te waarderen. Hierna vindt u dan ook een brief die ik gisteren aan onze Minister van Volksgezondheid heb geschreven. Gelieve zo breed mogelijk te verspreiden! Dank u!:

Geachte Mevrouw Onkelinx, Dames en Heren van de regering, Dames en Heren van de Media, Geachte Vakbondsleden,

Ik ben zo vrij om u te schrijven en deze brief onder zoveel mogelijk mensen te verspreiden teneinde u mijn mening als burger mee te delen. Ik ben 25 jaar en ik ben verpleegster gespecialiseerd in psychiatrie. Ik werk momenteel op de psychiatrische spoeddienst van een groot Brussels ziekenhuis. Ik ben dol op mijn job, die me echt stimuleert. Ik ben al meer dan 4 jaar actief in het beroepsleven, meteen nadat ik afstudeerde.

Zoals ik al zei, ben ik verpleegster. En, nee, ik ben hier niet om het te hebben over het tekort aan verpleegkundigen in België. Ik schrijf u om te reageren op 2 ontwerpen die in de regering en de pers zijn opgedoken en die het hart van mijn beroep en mijn eigen hart treffen. Ik heb er geen enkel politiek, syndicaal of financieel belang bij om te reageren, enkel een persoonlijk belang, want ik veronderstel uiteraard dat deze brief onbeantwoord zal blijven, net als talrijke meningen van Belgische burgers, als u enigszins de reacties op de politieke actualiteit in het algemeen leest. Ik sloof me hier niet uit om uw werk te bekritiseren. Het is zeker zeer ingewikkeld, zeker veel te ingewikkeld voor mij trouwens.

Maar, Mevrouw Onkelinx, Leden van de regering, wat weet U over mijn werk als verpleegster? En hiermee bedoel ik het werk van alle verpleegkundigen, van alle vakgebieden over het ganse land.
Ik lees in de pers dat de verpleegkundigen gespecialiseerd in intensieve zorgen en dringende medische hulp en in oncologie een premie van € 2250 zullen ontvangen, diegenen die gespecialiseerd zijn in geriatrie zullen € 500 ontvangen. Ik citeer "... diegenen die zich hebben ingespannen om zich te specialiseren..." Denkt u echt dat ik de hele tijd buikdans heb geleerd en me vermaakt heb tijdens mijn specialisatiejaar in de psychiatrie? U weet zeker dat er 9 – allemaal even complexe – vakgebieden zijn voor de verpleegkundigen. Hoe durft u er dan 3 van de 9 op te waarderen????? Wat met de anderen?

Is hun werk financieel minder waard dan dat van een verpleegkundige die “de inspanning heeft gedaan”???? Hoe zal men de andere vakgebieden opwaarderen, hoe zal men de verpleegkundigen aansporen om zich in alle vakken te specialiseren indien het werk in een andere vakgebied intrinsiek een hogere financiële waarde heeft? In mijn groep psychiatrie waren we met 9 in 2004. Ik weet niet of u de studenten hiermee zal motiveren. Het is schandalig om aan dergelijke financiële discriminatie te doen binnen een beroep.

Hierna vindt u mijn persoonlijk voorbeeld: ik heb dezelfde uurregeling als mijn collega’s van intensieve zorgen en dringende medische hulp bij de spoeddienst, is mijn werk dan ook minder waard dan hun werk???? Op welke criteria baseert u zich? Bent u verantwoordelijk voor zieke kinderen? Voor geesteszieken? Voor gevaarlijke gevangenen? Assisteert u een chirurg urenlang? Bent u verpleegster bij kansarme mensen? U hebt weliswaar veel werk en onregelmatige uurroosters. Maar onze loonfiches verschillen, Mevrouw. Ik combineer 3 verschillende uurroosters en bovendien een gezinsleven, alstublieft. Want een verpleegster moet 24/24 u. aanwezig zijn in een dienst. Is dat het geval voor een minister? Zeg me niet dat mijn baan een roeping is, want die begint nu echt een heilig ambt te worden. Met de evolutie van de patiënten, weet u hoe het voelt om te worden uitgescholden door de patiënten omdat het niet gaat zoals ze willen, niet vlug genoeg, niet goed genoeg, om te horen “u wordt hiervoor betaald”? Maakt u dagdagelijks geweld tegen de medemens mee? Weet u hoe de mensen soms onbeleefd, vulgair en bedreigend zijn in de ziekenhuizen? Neem bijvoorbeeld Sint-Jan onlangs... Tenslotte: nee, u weet niet wat het is om verpleegster te zijn.

Hoe DURFT u dan ook, Mevrouw, een deel van de bevolking te bevorderen terwijl alle verpleegkundigen financieel opgewaardeerd zouden moeten worden voor hun prachtige werk, ongeacht het vakgebied. Ofwel geldt het voor iedereen: gegradueerden, gediplomeerden, gespecialiseerden. Ofwel voor niemand. Dat is oneerlijk. Dat is denigrerend. Tenslotte: kwetsend. Maar nee, u weet niet wat het is om verpleegkundige te zijn. Verpleegkundige zijn zal trouwens binnenkort het lidmaatschap van een Orde van verpleegkundigen met zich mee brengen? En betalend a.u.b.! En het idee hiervoor komt aanvankelijk van een arts/politicus. Uiteraard een medewerker van de verpleegkundigen, maar zonder enig besef van de werkelijke inhoud van het beroep. Om geregistreerd te zijn? Opdat patiënten je vervolgen in geval van “fout”(of van ontevredenheid)? Om uit het beroep te worden geschrapt, om verplicht te zijn om boetes te betalen? Met onaangekondigde controles van je werk, om er zeker van te zijn dat we niet in overtreding zijn? Ik denk dat we al persoonlijk/strafrechtelijk kunnen worden vervolgd, is dat niet voldoende? Maar waar gaat dit land naartoe??? U beweert dat u dit beroep opwaardeert en aantrekkelijker maakt.

Neemt u me niet kwalijk, Mevrouw, maar mijns inziens hebt u het volstrekt mis. U geeft enkel maar zin om weg te gaan. Of neem dan mijn plaats in, Mevrouw de Minister. Voor één dag slechts, waar u € 10,70 netto/uur verdient. Want zoals de zaken nu gaan, denk ik dat ik ontslag zal nemen over enkele jaren. En er zullen er velen volgen.

Hopend op enig antwoord verblijf ik inmiddels,

Met beproefde groeten,

Isabelle Fabris

zaterdag 21 november 2009

Brief gemeenschappelijk vakbondsfront aan de Nationale Raad voor Verpleegkunde betreffende 'Orde van Verpleegkundigen'

Geachte,

Naar aanleiding van de 2de vergadering van de werkgroep « Orde van Verpleegkundigen» bezorgt het gemeenschappelijk vakbondsfront u de argumenten die werden uitgewerkt om hun standpunt te rechtvaardigen.

Allereerst benadrukken wij dat punt 5 van de vergadering van 21 oktober « overzicht van de vertegenwoordiging van verpleegkundigen in de verschillende organen » niet aan bod is gekomen. Wij vragen dan ook dat de geplande vergadering van 15 december om 14 uur bevestigd zou worden.

Zoals afgesproken vindt u hieronder de argumenten van de vakorganisaties om een kwaliteitsvolle zorgverlening te waarborgen, de patiënten te beschermen, de deontologie en de ethiek te laten respecteren, het beroep te beschermen en te verdedigen.

Voor de vakorganisaties moeten eerst de behoeften worden opgelijst, vervolgens moeten de doelstellingen worden vastgelegd. Op basis van dit register moet de werking van de reeds bestaande instanties worden versterkt en verbeterd, meer bepaald door te zorgen voor een voldoende vertegenwoordiging van verpleegkundigen in alle advies- en beslissingsorganen.

De vakbonden preciseren dat de belangrijkste bekommernissen van de verpleegkundigen aan het ziekbed van de patiënten betrekking hebben op
* de erkenning,
* een loon in verhouding tot de verantwoordelijkheden en de verbetering van de werkomstandigheden.
* Optimale arbeidsvoorwaarden om hen toe te laten hun beroep uit te oefenen volgens de EVB-aanbevelingen. Studies zoals Belimage tonen dit aan. Het is niet de inhoud van de verpleegzorg die aan de basis ligt van de spanningen, ontevredenheid en uitputting, maar de omstandigheden waarin het werk moet worden uitgevoerd.

De orde van verpleegkundigen zou slechts een nieuwe structuur zijn die de opdrachten overneemt die al aan de bestaande instanties zijn toegewezen. Wat moet gebeuren is een verhoging van het aantal verpleegkundigen in de beslissings-, advies- en controleorganen. Hun werking en hun voorrechten moet worden versterkt en verbeterd.

Teneinde de ethiek en de deontologie te respecteren en een kwaliteitsvolle zorg aan te bieden, wordt het beroep van verpleegkundige momenteel al geregeld door een heleboel K.B.’s en toezichtsorganen:

Het KB nr. 78 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen bepaalt in zijn artikel 21 quater §1 dat niemand de verpleegkunde, zoals bedoeld in artikel 21 quinquies, mag uitoefenen indien hij niet erkend is als drager van hetzij de beroepstitel van verpleegkundige, hetzij de beroepstitel van gegradueerde verpleegkundige,…

De wet op de ziekenhuizen preciseert, in zijn hoofdstuk IV Art. 23., de structurering van de verpleegkundige activiteit. In ieder ziekenhuis moet de verpleegkundige activiteit gestructureerd zijn. Ieder ziekenhuis omvat :
* een hoofd van het verpleegkundig departement
* de verpleegkundigen-diensthoofden
* een verpleegkundig kader bestaande uit :
1. de hoofdverpleegkundigen, in voorkomend geval bijgestaan door adjunct-hoofdverpleegkundigen.
2. een verpleegkundige staf gevormd door alle ziekenhuisverpleegkundigen;
3. het verzorgend personeel;
4. het ondersteunend personeel

Het KB over de lijst van technische verstrekkingen van 18 JUNI 1990 (B.S. 26/7/90)

Het Koninklijk besluit houdende vaststelling van de lijst van de technische verpleegkundige verstrekkingen en de lijst van de handelingen die door een arts aan beoefenaars van de verpleegkunde kunnen worden toevertrouwd, alsmede de wijze van uitvoering van die verstrekkingen en handelingen en de kwalificatievereisten waaraan de beoefenaars van de verpleegkunde moeten voldoen, ….

Het KB over de evaluatie van de verpleegkundige activiteit in 1996 en de oprichting van de nieuwe Federale Raad voor de kwaliteit van de verpleegkundige activiteit - 19.03.2009

Op 16 maart werd de nieuwe federale raad voor de kwaliteit van de verpleegkundige activiteit officieel opgericht door de Minister van Volksgezondheid, Mevr. Onkelinx. Zodoende is een zowel interne als externe toetsing van de kwaliteit van de verpleegkundige activiteit verplicht geworden. Deze toetsing betreft alle domeinen van de verpleegkunde in alle mogelijke praktijkplaatsen in het ziekenhuis (opgelet : is de draagwijdte van dit KB enkel beperkt tot de ziekenhuizen? Ik denk het niet).

a) Interne toetsing van de kwaliteit van de verpleegkundige activiteit:
Het KB van 27 april 2007 herinnert eraan dat het in fine altijd het hoofd van het verpleegkundig departement is die verantwoordelijk is voor deze materie.
Deze moet onder meer
* alle diensten stimuleren om in een proces van kwaliteitsverbetering te stappen;
* een jaarrapport schrijven over de kwaliteit;
* samenwerken met een federale raad (zie verder);

b) Externe toetsing van de kwaliteit van de verpleegkundige activiteit:
De Federale Raad voor de kwaliteit van de verpleegkundige activiteit is belast met deze materie.

De Raad is samengesteld uit verpleegkundigen, maar mag deskundigen en vertegenwoordigers van andere beroepen uitnodigen. Deze verpleegkundigen hebben een opleiding gevolgd inzake kwaliteitsmanagement en/of inzake wetenschappelijk onderzoek en hebben minstens 5 jaar ervaring.

De Raad is opgericht om bij te dragen tot het op gang brengen, systematiseren en op elkaar afstemmen van initiatieven tot het verbeteren van de kwaliteit van de verpleegkundige activiteit met het oog op het bevorderen van op evidentie gebaseerde goede praktijkvoering.

Naast de wetten bestaat er eveneens:

* De FRV : Federale Raad voor Verpleegkunde (vroegere NRV), een orgaan dat adviezen verstrekt op verzoek van de FOD Volksgezondheid over materies die de verpleegkundigen aanbelangen;
* De TCV : Technische Commissie voor Verpleegkunde
* De Dienst «Erkenning van de gezondheidsberoepen» waarvan de opdrachten zijn
1) Het sturen, organiseren en uitvoeren van de processen van de beroepsmensen in de gezondheidszorg (artsen, tandartsen, verpleegkundigen, paramedici, …) om de burger een kwaliteitsvolle gezondheidszorg te kunnen waarborgen;
2) De beroepsmensen van de gezondheidszorg registreren;
3) De voorwaarden voor kwalificatie en toekenning van bijzondere beroepstitels aan de beroepsmensen van de gezondheidszorg vastleggen;
4) Het proces van de erkenning van de beroepsmensen van de gezondheidszorg beheren;
5) Het verstrekken van attesten van conformiteit van Belgische diploma’s met de Europese richtlijnen, de erkenning van Europese diploma’s en/of de toelating van praktijken voor niet-Europese burgers.

Het is ook binnen de Federale Overheidsdienst dat de gezondheidsberoepen worden georganiseerd en gepland.

Het kadaster van de gezondheidsberoepen is de federale gegevensbank van de beoefenaars van de gezondheidsberoepen (wet van 29/01/2003 – Belgisch Staatsblad van 26/02/03). De wet legt het kadaster drie doelstellingen op. Samengevat gaat het hierom :
* de gegevens verzamelen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de opdracht van de Planningscommissie;
* de uitvoering mogelijk maken van de opdracht van de administratie en de overheidsinstellingen;
* de communicatie tussen de beoefenaars van de gezondheidsberoepen verbeteren.

Deze recente wetgeving voorziet de oprichting van een grote gegevensbank en diverse toepassingen.

De instellingen moeten de FOD via onder meer Finhosta de gegevens van het personeel meedelen : naam, categorie, kwalificatie …

De provinciale geneeskundige commissies

De rol van de PGC’s is de patiënt de garantie te geven dat het aanbod van gezondheidsdiensten van hoge kwaliteit is.

De opdrachten van de PGC’s:
Zodra een beoefenaar van een gezondheidsberoep zich in de provincie vestigt om er zijn geneeskunde of beroep uit te oefenen, kijkt de PGC zijn titel na en keurt deze goed.

Wanneer er gedragsproblemen van de beoefenaars van de provincie aan de PGC worden gemeld, is deze gemachtigd de goedkeuring in te trekken of het behoud ervan te koppelen aan de aanvaarding door betrokkene van de beperkingen die de PGC hem oplegt.

De PGC waakt erover dat de beoefenaars hun geneeskunde uitoefenen in overeenstemming met de wetten en reglementen.

Gevallen van onwettige uitoefening worden altijd meegedeeld aan het parket.

Federale Commissie « Rechten van de patiënt » :

De federale bemiddelingsdienst « rechten van de patiënt » is bevoegd om een klacht van een patiënt over de uitoefening van zijn rechten (wet van 20 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt) door te sturen naar de functie van de lokale bemiddeling. Indien er geen lokale bemiddelingsfunctie is, behandelt de federale bemiddelingsdienst “rechten van de patiënt » de klacht zelf. In alle zorginstellingen bestaat eveneens een lokale cel voor klachtenbemiddeling.

Het E-health-platform

Als overheidsinstelling heeft het E-healthplatform volgende opdrachten:
* het optimaliseren van de kwaliteit en de continuïteit van de prestaties van de gezondheidszorg;
* het optimaliseren van de veiligheid van de patiënt;

Wat de deontologie betreft, bestaat er een DEONTOLOGISCHE CODE VAN DE BEOEFENAARS VAN DE BELGISCHE VERPLEEGKUNDE - goedgekeurd door de AUVB op 25 10 2004

Deze zou als basis kunnen dienen voor een advies te verstrekken door de FRV, om deze een wettelijke grondslag te geven.

Deze code preciseert de waarden en elementen die de verpleegkundige praktijkvoering moeten sturen.
Ze beoogt een praktijkvoering die de internationale aanbevelingen opneemt en de geldende wetten en reglementen respecteert.
Dankzij deze code hopen de beoefenaars van de verpleegkunde alle begunstigden een kwaliteitsvolle zorg te bieden met naleving van de nationale en internationale normen van de verpleegkundige praktijkvoering.
Via deze code willen de beoefenaars van de verpleegkunde beter inspelen op de effecten van de evolutie van de samenleving en van de gezondheidswetenschappen. De beoefenaars van de verpleegkunde willen dat hun arbeidsvoorwaarden de volledige toepassing van de aanbevelingen van deze code toelaten.

De ontwikkeling van de verpleegkundige wetenschappen en klinieken:

Een groep onderzoekers uit de verpleegkunde, maar ook uit andere disciplines richtte in de 2009 PRISCI op, de “pôle de recherche interdisciplinaire en sciences et cliniques infirmières” (interdisciplinaire onderzoekspool voor verpleegkundige wetenschappen en klinieken.

Momenteel is het onderzoek opgebouwd uit verschillende pijlers:

Pijler 1. Studie van het beroep en van de activiteit van verpleegkundige

1. Het onderscheid in het verpleegkundig beroep in België dat door het federaal kenniscentrum voor de gezondheidszorg (KCE) wordt gemaakt;
2. het WIN-project: uitwerking van een instrument voor de verdeling van het verpleegkundig personeel op basis van de VG-MZG;
3. Presto-project: optimalisering van het beheer van de uurroosters in het ziekenhuis en implementering van een mobiel team.

Pijler 2. Verpleegkundige wetenschappen en klinieken

1. Implementering van de EVIDENCE-BASED aanbevelingen om de zorg van de patiënten in de geriatrie te optimaliseren : een onderzoeksactie;
2. Maatregel voor de prevalentie van doorligwonden in de Belgische ziekenhuizen - project PUMap.

Pijler 3. Aanlevering van bewijsmateriaal

1. BEST (Belgian Screening Tool) is de naam van een studie uitgevoerd door de Gentse Universiteit, dienst verpleegkundige wetenschappen, op vraag van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu.

Het doel van dit project is om:
* Een gegevensbank aan te leggen die wetenschappelijk goedgekeurde meetinstrumenten bevat;
* De diagnostieken de resultaten van de verpleegkundige tussenkomsten te objectiveren
* Betrouwbare en goedgekeurde meetinstrumenten ter beschikking te stellen om de efficiëntie van de verpleegkundige zorgen aan te tonen.
* Site :http://www.best.ugent.be

De KCE is eveneens een expertisecentrum dat studies uitvoert over de onderwerpen die de FOD Volksgezondheid vraagt.

Besluit :
Wij stellen vast dat de praktijkvoering en de argumenten van de beroepsverenigingen in België gelijk zijn aan die van Frankrijk. In Frankrijk beweerden ze dat de meerderheid van de verpleegkundigen hier gunstig tegenover stond, terwijl bij de stemming minder dan 20 % vóór bleken te zijn. Momenteel weigert de meerderheid van de verpleegkundigen de verplichte bijdrage te betalen.

Het gemeenschappelijk vakbondsfront vraagt de intrekking van dit punt van de politieke agenda, ten voordele van een initiatief tot verbetering van de vertegenwoordiging van de verpleegkundigen in de bestaande organen en de versterking en verbetering van de werking van deze organen, rekening houdend met doelstellingen van volksgezondheid en van verdediging van het beroep die in een eerste fase opnieuw verduidelijkt moeten worden.