zaterdag 13 maart 2010

tripartite akkoord 4/03/2010 Attractiviteitsplan Onkelinx – maatregelen 2010

Onder vind je de integrale tekst van het tripartite akkoord (de minister, vakbonden en werkgevers) van 4 maart 2010 betreffende de maatregelen van het attractiviteitsplan van minister Onkelinx.

Vanuit syndicaal standpunt kunnen we stellen dat het een verbetering is tegenover de 'hypercorporatistische' eerste aanzet. Er zijn uiteraard nog heel wat opmerkingen over te maken maar anderzijds kan het ook dienst doen als 'breekijzer' in het nieuwe federaal akkoord van de social/non profit.


Attractiviteitsplan – maatregelen 2010

Deze maatregelen zullen opgenomen dienen te worden in een collectieve arbeidsovereenkomst (private sector) en een protocol van akkoord (publieke sector) en indien nodig in wettelijke of reglementaire bepalingen.

I. Premies met betrekking tot de titels en bekwaamheden

a) Vanaf 2010 zal een jaarlijkse bijkomende (overeenkomstig de indexatieregels die traditioneel van toepassing zijn in de betrokken sectoren) te indexeren premie van 1500 euro, alle lasten inbegrepen (*1), (index 1 januari 2010) toegekend worden aan de verpleegkundigen die houder zijn van een bijzondere beroepsbekwaamheid (BBB).

b) Voor wat de verpleegkundigen betreft die houder zijn van een bijzondere beroepstitel (BBT), zal het bedrag van de jaarlijkse bijkomende (overeenkomstig de indexatieregels die traditioneel van toepassing zijn in de betrokken sectoren) te indexeren premie 6750 euro bedragen, alle lasten inbegrepen, (index 1 januari 2010) met dien verstande dat een eerste etappe in 2010 zal gerealiseerd worden met de toekenning van een jaarlijkse bijkomende (overeenkomstig de indexatieregels die traditioneel van toepassing zijn in de betrokken sectoren) te indexeren premie van 4500 euro, alle lasten inbegrepen (index 1 januari 2010). De tweede etappe kan gerealiseerd worden indien de budgettaire context het mogelijk maakt.

c) De premie zal jaarlijks betaald worden aan de houders van BBT/BBB a prorata van hun werktijd en het aantal gewerkte maanden (gegevens Finhosta voor de ziekenhuizen, gepresteerde en gelijkgestelde uren in de ROB/RVT) die voldoen aan de voorwaarden bepaald in de ministeriele besluiten genomen overeenkomstig artikel 4 van het koninklijk besluit van 27 september 2006 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde, of tewerkgesteld in een ROB/RVT instelling, of tewerkgesteld in elke dienst, functie/zorgprogramma waar de normen verpleegkundigen die houder zijn van deze titel of deze bekwaamheid zouden voorzien.

d) Onder BBT en BBB moet men alle BBT en BBB begrijpen die voorzien zijn in het KB van 27 september 2006, naarmate hun erkenning via ministerieel besluit.

e) De minister engageert zich om, in samenwerking met de deelstaten, een valorisatiemechanisme te bestuderen van de verworven ervaring (professionele activiteit + bijkomende opleiding en/of test), opdat al degenen die niet konden genieten van de overgangsmaatregelen voorzien bij de publicatie van elke titel of bekwaamheid, deze zouden kunnen verwerven in de loop van hun loopbaan, teneinde van dezelfde voordelen te kunnen genieten.

f) Het integreren van deze premies op de toekomstige IFIC-barema’s zal bestudeerd worden op voorwaarde dat het geldelijk voordeel bewaard blijft. Indien deze maatregel concreet wordt in de privésector, zou een gelijkaardige aanpassing kunnen overwogen worden in de publieke sector (inmiddels werd aan de minister van Pensioenen gevraagd om de noodzakelijke maatregelen te nemen, opdat deze premies meegeteld worden voor de berekening van het pensioen van de statutairen).

g) De werkgevers engageren zich in elk geval de maatregelen te nemen die het het personeel mogelijk maken om de opleidingen te volgen die vereist zijn voor het behoud van de titels en bekwaamheden zoals bepaald in de ministeriële besluiten genomen in uitvoering van het koninklijk besluit van 27 september 2006 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde.

h) De sociale partners worden verwezen naar het sociaal overleg voor een eventuele maandelijkse uitbetaling van deze premie betreft.

II. Toeslagen

De 24 uren van een dag worden verdeeld in 4 uurperiodes:

o Dag: 8 tot 18 uur
o Avond: 18 tot 20 uur
o Nacht: 20 tot 6 uur
o Ochtend: 6 tot 8 uur

1. Supplement voor ’s avonds (van 18 tot 20 uur)

Een toeslag voor avondprestaties, overeenstemmend met 20% van de baremawedde zal toegekend worden voor de uurschijf van 19 tot 20 uur, ongeacht de dag van de week en exclusief weekend en feestdagen (en dit a prorata van de effectief uitgevoerde prestaties in deze uurschijf).

Deze toeslagen gelden voor het personeel “aan het bed van de patiënt”.
- die werken in de diensten in de ziekenhuizen (algemeen en psychiatrisch) bedoeld artikel 8, a) en b) van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen) en alle vormen van daghospitalisatie;
- In de ROB/RVT ;
- In de PVT;
- Aan de loontrekkenden in de thuisverpleging.

Onder personeel aan het bed van de patiënt worden volgende personeelsleden verstaan:
- de verpleegkundigen ;
- de zorgkundigen ;
- de functie van opvoeder/zorgverlener in de psychiatrische afdelingen van de algemene ziekenhuizen en in de zorgequipes van de psychiatrische ziekenhuizen en de psychiatrische verzorgingstehuizen.

Voorbeeld weekdag uurrooster 13u-21u: 13u tot 19u = 100%; 19u tot 20u: 120%; 20u tot 21u: 135%
Voorbeeld zaterdag uurrooster (ziekenhuizen/ROB/RVT)(*2) : 13u-21u: 13u tot 19u = 126%; 19u tot 20u: 126%; 20u tot 21u: 135%

Voor wat het personeel “aan het bed van de patiënt” betreft dat op heden met het forfait (11%) betaald wordt, zal deze salaristoeslag gelijk zijn aan de salaristoeslag voor de nacht, toegevoegd aan het basisbarema, op weekend- en de feestdagen inbegrepen.

Voorbeeld weekdag uurrooster 13u-21u: 13u tot 19u = 111%; 19u tot 20u: 111% + CHN; 20u tot 21u: 111% + CHN

Alle bestaande akkoorden en gebruiken die betere voorwaarden bepalen blijven onverminderd van toepassing ook wat betreft de andere personeelscategorieën of andere sectoren.

2. Definitie van Nachtprestaties

Alle uren gepresteerd tussen 20 u en 6u worden beschouwd als nachturen en betaald als nachturen

Bovendien worden alle uren van een prestatie die middernacht overschrijdt, beschouwd en betaald als een nachturen zelfs indien de prestatie start voor 20u of eindigt na 6u.

Onder deze toeslagen voor nachtprestaties, wordt verstaan de percentages die op heden van toepassing zijn zowel tijdens de week als op zaterdag, zondag en feestdagen.

Voor wat het personeel “aan het bed van de patiënt” betreft dat op heden met het forfait (11%) betaald wordt, zal deze salaristoeslag gelijk zijn aan de salaristoeslag voor de nacht, toegevoegd aan het basisbarema, op weekend- en feestdagen inbegrepen.

Voorbeelden :
20u30 – 7u : 10u30 worden betaald als nachtprestatie.
21u - 7u30 : 10u30 worden betaald als nachtprestatie.
17u – 01.00 : 8u worden betaald als nachtprestatie


Deze toeslagen gelden voor het personeel “aan het bed van de patiënt”,
- die werken in de diensten in de ziekenhuizen (algemeen en psychiatrisch )bedoeld artikel 8, a) en b) van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen en alle vormen van daghospitalisatie;;
- In de ROB/RVT
- In de PVT;
- Aan de loontrekkenden in de thuisverpleging

Onder personeel aan het bed van de patiënt wordt volgende personeelsleden verstaan:
- de verpleegkundigen ;
- de zorgkundigen ;
- de functie van opvoeder/zorgverlener in de psychiatrische afdelingen van de algemene ziekenhuizen en in de zorgequipes van de psychiatrische ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen.

Alle bestaande akkoorden en gebruiken die betere voorwaarden bepalen blijven onverminderd van toepassing ook wat betreft de andere personeelscategorieën of andere sectoren.

3. Bijkomende afspraken

a. Een tweede etappe betreffende de uurschijf 18-19 uur zou gerealiseerd kunnen worden ten voordele van het personeel aan het bed van de patiënt zoals hierboven gedefinieerd, in het kader van het toekomstig sociaal akkoord en dit indien de budgettaire context het mogelijk maakt.


b. Private sector: Indien de budgettaire context het mogelijk maakt, zou deze maatregel later, in het kader van het toekomstige sociaal akkoord, kunnen uitgebreid worden tot de andere personeelscategorieën die avondprestaties verrichten, evenals tot andere federale sectoren.

c. Publieke sector: Zoals overeengekomen in het protocol van akkoord van 21 december 2009, zal deze maatregel uitgebreid worden naar andere personeelscategorieën die avondprestaties verrichten via het gebruik van het niet toegewezen bedrag van het sociaal akkoord 2005-2010.

d. Indien voor een deel van een prestatie twee verschillende toeslagen voor onregelmatige prestaties worden voorzien, wordt steeds de hoogste toeslag betaald.

Bijvoorbeeld: onderbroken dienst met uren prestatie na 20u.

(Overigens blijven de regels die op heden van toepassing zijn op de uren gepresteerd van 8u tot 18u, op zaterdag, zon- en feestdagen onverkort gelden.)

e. Het geheel van de voordelen is van toepassing vanaf 1 januari 2010. De werkgevers verbinden zich ertoe, eens de CAO of het protocol van akkoord gesloten is, al de nodige maatregelen te nemen opdat de betaling van de toeslagen zal gebeuren vanaf op 1 juli 2010. De toeslagen die verdiend werden in de periode van 1 januari tot en met 30 juni 2010 zullen tevens ten laatste op 1 juli 2010 uitbetaald worden.

Voor deze maatregelen worden volgende budgetten, verdeeld over de verschillende sectoren, vrijgemaakt:

I. Titels en premies: 26.882.978
II. Avond- en nachtprestaties
Ziekenhuizen: 44.700.000
ROB/RVT: 15.817.444
PVT: 796.863
Thuisverpleging: 1.691.550
Tussentotaal: 63.005.857
Totaal: 89.888.835

(*1) Onder "alle lasten inbegrepen" wordt verstaan de 34,67% patronale lasten waarmee dus de vermelde bedragen verminderd worden in de private en de publieke sector;
(*2) De toeslag op zaterdag bedraagt in de thuisverpleging 50%